Interview met Dorette Corbey
Er is een eigentijds bestuur nodig
Na een lange en uiteenlopende loopbaan in de wetenschap, de politiek en in adviserende functies belandde Dorette Corbey in 2019 in de waterschapspolitiek. Samengevat: haar proefschrift ging over Europese integratie, ze werkte daarna voor de FNV en werd 1999 lid van het Europees Parlement.
Dorette, stamt je interesse in water en het waterschap al uit deze tijd?
“Ik was ruim 10 jaar Europarlementariër voor de PvdA en vanuit onze zeskoppige fractie werd ik lid van de milieucommissie. Het was een interessante tijd, omdat er vanuit Europa sterk ingezet werd op milieubeleid. Daar waren goede redenen voor: lucht- en waterverontreiniging stoppen niet bij de landsgrenzen.
De Kader Richtlijn Water, ook wel bekend als KRW, stond als één van de eerste grote onderwerpen op het programma van de commissie. Het doel was de kwaliteit van water in heel Europa aan strengere normen te laten voldoen. Per stroomgebied moest er een plan komen en dan heb je het al heel snel over internationale plannen. In die tijd had ik al veel contacten met de Nederlandse waterschappen – een van de problemen was dat de grenzen van de waterschappen niet parallel liepen met de stroomgebieden van onze rivieren.”
Oké, een interessante tijd. Toch zit er wel enige tijd en afstand voordat je vervolgens bij Rijnland terecht bent gekomen?
“Daar gaat inderdaad nog een paar jaar aan vooraf. Na mijn jaren in Brussel heb ik verschillende banen gehad, onder andere voorzitter van de Nederlandse emissieautoriteit. En ik heb nog steeds andere functies omhanden. Naast het werk voor het waterschapsbestuur was ik de laatste jaren druk met het opstellen van een routekaart Biogrondstoffen, in opdracht van het ministerie van LNV. Daarnaast ben ik lid van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV).
Maar terug naar mijn motivatie voor het Waterschap: vrij toevallig kwam zag ik een cursus van Rijnland van Rijnland voorbijkomen over het waterschap. Ik heb me toen kandidaat gesteld via de PvdA. Ik vind het een mooie uitdaging en ook leuk om volksvertegenwoordiger te zijn. En ik vind het onderwerp water al lange tijd heel interessant. Dus: ja, ik was heel gemotiveerd om het waterschapsbestuur in te gaan. Vervolgens ben ik met veel voorkeursstemmen gekozen, vooral vanuit Noord-Holland.”
Toch ging dat niet helemaal zoals voorzien: je bent later uit de PvdA-fractie gestapt?
“Dat klopt. Ik voel me een echte sociaaldemocraat en ik voel me ook thuis in een bestuurderspartij. Maar ik kwam erachter dat er nu ook wat anders nodig is in het waterschap: meer focus op democratie, op macht en tegenmacht. Kritische geluiden komen binnen Rijnland nog te weinig aan bod. Binnen de PvdA-fractie – een coalitiepartij- kon ik niet uit de voeten met mijn ideeen over tegenmacht. Maar wat heb je aan democratie in het waterschap als alle gekozen bestuurders bij voorbaat allemaal altijd instemmen met de voorstellen van het college ofwel het Dagelijks Bestuur?
We kunnen binnen Rijnland trots zijn op onze geschiedenis van ruim 750 jaar. Binnen elke tijd past een eigentijds bestuur. Dat moeten we met z’n allen blijven leren. Rijnland staat nu voor enorme uitdagingen: aanpassing aan klimaatverandering bijvoorbeeld. Hoe houden we ons deel van Nederland ook in de toekomst leefbaar? Daar is een brede inbreng maar ook een open blik voor nodig en daar wordt iedereen alleen maar beter van uiteindelijk. Ik vond het heel jammer, maar mijn conclusie was dat ik beter aan mijn idealen kan werken door zelfstandig verder te gaan.”
Tot slot: worden de waterdemocraten nu ook een landelijke politieke partij?
“Nu ga je wel heel snel! Ik denk er nog over na of ik met de Waterdemocraten in 2023 de verkiezingen voor het bestuur van Rijnland in ga. Ik vind het belangrijk om met mensen en andere partijen over de doelen van de Waterdemocraten te praten en daarvoor steun te zoeken. In Noord-Holland en binnen heel Rijnland. En om samen met mensen te kijken hoe we dingen beter kunnen doen. We kunnen nu veel plannen maken en proberen daar steun voor te vinden, in de zomer van 2022 kijk ik wel verder.
Wat de toekomst de Waterdemocraten in Rijnland precies gaat brengen moeten we dus nog zien. Maar wie weet, misschien komt er ook een landelijke partij!”
Pepijn Lewis