Categories: Column, Nieuws

by Dorette Corbey

Share

Categories: Column, Nieuws

Door Dorette Corbey

Deel dit bericht

Na het mei-reces gaat de Tweede Kamer verder met de behandeling van het initiatiefwetvoorstel van GroenLinks en D66 over de afschaffing van de geborgde zetels in de waterschappen. Ongeveer een derde van het aantal zetels in de waterschapsbesturen wordt ingenomen door vertegenwoordigers van Bedrijven, Landbouw en Natuurterreinen, waarbij de categorie natuurterreinen het minste aantal zetels heeft. Volgens de Unie van Waterschappen “is het idee hierachter dat de sectoren die financieel bijdragen en een groot belang hebben bij waterbeheer, via de geborgde zetels verzekerd zijn van zeggenschap binnen waterschapsbesturen (het ‘belang-betaling-zeggenschap’ beginsel).”[1]

De voorstanders van afschaffing betogen dat het niet democratisch is om zetels te reserveren voor specifieke belangen. De voorstanders van ‘behouden’ vinden dat juist in een functionele democratie de verschillende belangen ook goed geborgd moeten zijn: het is daarom juist het meest democratisch om geborgde zetels te behouden.

 

Landbouwbelangen en publieke waarden

 Blijkbaar is het zowel de afschaffers als de behouders te doen om de democratie binnen de waterschappen zo goed mogelijk vorm te geven. De afschaffers betogen dat het argument om Bedrijven en Landbouw vooraf al zetels te geven, niet meer past. Mocht het al zo zijn dat bedrijven relatief meer betalen dan inwoners, dan is dat nog geen reden om bedrijven extra zeggenschap te geven: het VNO/NCW heeft ook geen eigen zetels in de Tweede Kamer. De discussie gaat echter meestal niet over Bedrijven, het zijn de geborgde zetels vanuit Landbouw die de meeste emotie oproepen. Veel waterschappen worstelen met waterbeheer. Er blijkt vaak een tegenstelling tussen enerzijds de belangen van de landbouw en anderzijds de wens werk te maken van de klimaatopgave, biodiversiteit en waterkwaliteit. Landbouwers veroorzaken een deel van de vervuiling en kunnen alleen met grote subsidies overgehaald worden om iets te doen aan de waterkwaliteit. Veehouders willen graag een laag waterpeil om de koeien droog te houden en omdat het land niet te nat mag zijn als ze met zware machines het land op gaan. Maar omwille van het klimaat en om verdere bodemdaling tegen te gaan is het juist nodig om waterpeilen te verhogen. In de praktijk zijn er zeker ook vele andere geluiden in de landbouw, maar juist doordat landbouwbelangen geborgd zijn, ontstaat de indruk dat algemene belangen zoals klimaat en schoon water niet altijd de prioriteit krijgen die nodig is.

 

In het kamp van de behouders is vaak een flinke dosis politiek opportunisme te vinden. In de praktijk zitten de vertegenwoordigers van de geborgde zetels uit de categorieën Landbouw en Bedrijven vaak dichtbij de partijen op de rechtervleugel, zoals het CDA en de VVD. De geborgde zetels zijn door de wet ook verzekerd van een plaats in het dagelijks bestuur en daarmee ontstaat een centrumrechts machtsblok met dito coalities rondom de geborgden vanuit Bedrijven en Landbouw. Natuur belandt daarbij doorgaans in de oppositie. Andere partijen kunnen eventueel nog aansluiten bij de coalitie, maar ze zijn vaak niet nodig voor de meerderheid en hebben daardoor weinig invloed. Dat is democratisch gezien moeilijk te verkroppen.

 

Behalve politiek opportunisme zijn er eigenlijk geen redenen om geborgde zetels te behouden. Ja, bedrijven betalen belasting, maar dat aandeel is al sterk afgenomen en er is sowieso geen enkele rechtvaardiging te vinden dat meer belasting betalen ook recht zou geven op meer zeggenschap. Ja, er zijn hele goede ‘geborgde’ waterschapsbestuurders, maar die zijn er ook onder direct gekozenen. Ja, ‘geborgden’ brengen kennis mee, maar dat doen volksvertegenwoordigers op de kieslijsten ook. Ja, het bestaan van geborgde zetels is inderdaad niet per definitie of bij voorbaat ondemocratisch, maar zoals het uitpakt profiteert het rechterdeel van het politieke spectrum bovenmatig. Ja, er zijn specifieke belangen vanuit de Landbouw en vanuit Natuur, maar de tragiek is dat deze nu juist niet meer helder zijn omdat Landbouw in de meeste waterschappen deel uitmaakt van de coalitie.

 

Opknapper van de democratie

SpaarWaterschappen verdienen een goed functionerende democratie, waarin het algemene belang én specifieke belangen helder naar voren komen. Feit is dat bijna twee derde van ons land in gebruik is als ‘agrarisch’. Boeren zijn in de praktijk ook waterbeheerders, maar getalsmatig zijn ze een minderheid. Één tiende van ons land is ‘natuur’ en met de die natuur gaat het lang niet overal goed. In steeds meer landen wordt daarom aan natuur ook een juridische status toegekend. Rivieren, bergen en meren krijgen rechten, zoals onlangs nog in Spanje.[2] Het zou een rare stap zijn als Nederland de inbreng van ‘natuur’ nu zonder meer afschaft. Het waterbeheer in Nederland moet op de schop om ons woon-, werk- en leefgebied ook in de toekomst veilig te houden. Nederland moet aan de slag om waterkwaliteit te verbeteren en natuur en biodiversiteit de kans te geven zich te herstellen. Zowel boeren als natuurterreinbeheerders zijn nodig om de grote uitdagingen op het gebied van waterbeheer aan te gaan.

 

De afschaffers moeten daarom wel goed nadenken over borging van de inbreng van de Landbouw én van de categorie Natuur. Democratie gaat ook om bescherming van minderheden tegenover meerderheden. In een goed functionerende democratie worden keuzes gemaakt op basis van heldere afwegingen. Het wetsvoorstel van GroenLinks en D66 biedt een kans om nu stappen vooruit te maken door terreinbeheerders (Landbouw en Natuur) hierin een duidelijke rol te geven.

 

Daarom: schaf de geborgde zetels zo snel mogelijk af, maar behoud en versterk daarbij de stem van Landbouw en van Natuur. Dat kan bijvoorbeeld door een Raad voor Landbouw en Natuur in te stellen bij elk waterschap. De democratie in de waterschappen knapt ervan op als de landbouw en natuur afzonderlijk – en waar mogelijk gezamenlijk – adviseren over te nemen maatregelen rondom waterbeheer, schoon water en bijvoorbeeld biodiversiteit. Dat komt de discussie en de kwaliteit van de besluitvorming ten goede. De inbreng van ‘Landbouw’ (en de diverse agrarische sectoren) wordt beter immers zichtbaar en niet langer weggestopt in algemene keuzes van de coalitie. Natuur krijgt in al zijn geledingen een beter podium in een Raad dan als eenling in de oppositie. Alle fracties kunnen bij besluitvorming een afweging maken hoe zwaar de belangen van landbouw mee moeten wegen en hoe aan deze belangen recht gedaan kan worden. Alle partijen en alle kiezers hebben baat bij heldere keuzes waarbij de belangen duidelijk zijn. Grijp de afschaffing van de geborgde zetels aan om de waterschapsdemocratie een serieuze opkikker te geven.

 

Dorette Corbey

Fractie Waterdemocraten Rijnland

 

 

 

 

 

 

[1] https://unievanwaterschappen.nl/themas/geborgde-zetels/

[2] https://www.nporadio1.nl/nieuws/buitenland/03ae6f1d-b6c0-4ef9-8884-264894556566/het-spaanse-meer-mar-menor-krijgt-eigen-rechten

Gerelateerde berichten